Wout Van Aert neemt een modderbadje in het verzopen (Robot)land van Essen
ESSEN – Zoals kon worden verwacht heeft Wout Van Aert met de ’tegenstand’ gedold in Essen. Hij streed dan ook tegen jongens die je tijdens de rest van het veldritseizoen gerust mag klasseren onder de noemer ‘meelopers’. In het deelnemersveld onder meer Tom Meeusen, die net een jaar geleden – na de vorige cross in zijn woonplaats Essen – besloot om de fiets aan de haak te hangen, in een fietsenwinkel ging werken en na een halfjaar er dan toch maar een jaartje bij deed. En wat gedacht van Zdenek Stybar? Hij vertoefde gisteren nog op Mallorca en nam de start op voor hem bekend terrein. Hij heeft immers nog in Essen gewoond.
Organisator Luc Van Thillo, voorzitter van Lierse, had alles mooi bekeken. Omdat de toppers morgen aan de slag gaan in de Wereldbekermanche in het Italiaanse Val di Sole en dubbelen quasi onmogelijk is, wachtte hem – net als vorig jaar – een tweederangsdeelnemersveld. Van Thillo sprak zijn connecties bij Vastgoed Heylen – sponsor van Van Aert en van Lierse, waar de hoofdtribune hun naam draagt – aan en de drievoudige wereldkampioen was bereid om voor een – naar zijn normen – prikje van start te gaan. Ideaal dus om de massa naar de grensgemeente te lokken, al was het rotweer een tegenvaller. Het waren de vrouwen die tijdens hun cross de volle lading kregen. Toen de mannen van start gingen was het droog maar het parcours lag er uiteraard verzopen bij aan de boorden van Robotland.
Het was de vijfde maal dat Van Aert won in Essen. Kort na de start keek hij nog even de kat uit de boom. Hij startte op de eerste rij en wie reed er na de openingsronde aan de leiding? Zdenek Stybar, ook al was dat maar heel even. Vrij snel vormde zich een kopgroep met onder meer Van Aert, Meeusen en Jens Adams uit Minderhout. Later sloot ook Thijs Aerts uit Rijkevorsel aan. Hij is trouwens de enige uit heel het deelnemersveld die ook morgen, in Italië, van start gaat. Om 21.10 uur neemt hij het vliegtuig in Charleroi richting Bergamo en morgenochtend wacht hem dan nog een rit van 200 kilometer richting Alpen.
Van Aert toonde tijdens het lopen opnieuw zijn souplesse van vroeger maar het is duidelijk dat deze wedstrijd geen waardemeter was. Halfweg koers schudde de Kempenaar de rest van het deelnemersveld van zich af. In geen tijd had hij een voorsprong van 30 seconden. In de achtergrond reed Adams naar de tweede plaats en Aerts naar de derde op respectievelijk 1’35” en 2’05”. Een volledig Antwerps podium dus. Thomas Verheyen uit Vlimmeren (Beerse) werd negende op 4’58”, Wout Janssen uit Rijkevorsel tiende op 5’17”.
Van Aert mag nu zijn koffers pakken om zich na de het weekend bij zijn ploegmaats te voegen in het oefenkamp in Spanje, waar het 24 graden is. Van Aert: ‘Het was een bijzonder zware wedstrijd. De omstandigheden werden steeds maar slechter. Voor de cross had ik gezegd dat ik geen idee had hoe mijn conditie was en dat is ook zo. Ik wist inderdaad niet hoe het zou gaan. Vandaar dat ik afwachtend van start ben gegaan.’
‘Het was een snelle eerste ronde. Sommige jongens hebben zich vrij vlug vergaloppeerd. Na een ronde of drie wist ik welke stukken mij het best lagen om het verschil te maken. Ik wou eerst even kijken hoe het niveau lag en wie de sterkste tegenstanders waren. Tijdens zulke zware wedstrijd is het altijd gevaarlijk om in het begin over je limiet te gaan. Op een bepaald moment vond ik op een loopstrook in de weide een passage die mij goed paste en toen kon ik toeslaan. Ik kreeg het wel zwaar op het einde. Het was echt geen makkelijke cross om mee te beginnen. Maar het gevoel was beter dan ik had durven inschatten en het was mooi om het publiek nog eens te plezieren.’
‘De voorbereiding op het wegseizoen start vandaag’
‘Het is altijd superleuk om er terug bij te zijn. De laatste weken was de vorm terug een beetje beter op training. Voor mij is het belangrijk om een ‘tussendoel’ te hebben tijdens de winter, om die lange voorbereidingsperiode een beetje te kunnen breken. Zo’n intensieve inspanning is ook een goede training. Ik heb nog niet nagedacht over de duels met Mathieu en Tom. Ik wil eerst even voelen hoe het gaat. Ik heb het bewust heel anders aangepakt deze winter. Ik denk dat ik nog nooit zo slecht voorbereid aan het veldritseizoen ben begonnen.’
‘Hopelijk ben ik nog een stapje beter na de stage. Het is wel 100 procent zeker dat wij drieën niet in topvorm zullen zijn maar we zullen wel snel de conditie oppikken. Ik heb lang niet genoeg op de crossfiets gezeten. Ik heb er eerder schrik van gekregen dan dat ik zin had om er terug aan te beginnen. Deze week heb ik nog één keer op de crossfiets getraind. Met pijn in het hart pas ik voor het BK en het WK. Het is een bewuste keuze om sneller de click naar het wegseizoen te maken en een rustigere winter te beleven.’
‘Indien het Belgisch kampioenschap wat korter na de kerstperiode was gevallen dan had ik graag meegedaan maar nu past het niet in mijn trainingsschema. Het kampioenschap valt immers samen met de ploegstage. Het WK is begin februari. Ik heb de combinatie al weleens gemaakt maar dit keer kiest ik voor iets anders. Ik hoop in alle crossen het beste van mezelf te kunnen geven maar zelfs als daar geen resultaten uit volgen, dan maakt dat niks uit.’
‘Het is niet makkelijk om keuzes te maken maar een heel crosseizoen rijden is niet te combineren met rijden op de weg. Op de weg heb ik enorm veel doelen waar ik naar uit kijk, dus dit is een keuze van het verstand. Een programma zoals vorig jaar kan ook fysiek een goede voorbereiding zijn maar mentaal vergt het erg veel omdat men telkens heel wat van je verwacht. Daarom probeer ik er dit keer de druk wat af te halen door wat minder wedstrijden te rijden. Over het wegseizoen wil ik liever nog niet praten. Ik wil eerst van het veldrijden genieten al start het volgend seizoen eigenlijk vandaag. Dit is een deel van mijn voorbereiding.’
Edwin MARIËN
Foto ASO
