Wout Van Aert heel ontgoocheld: ‘Als ik dit op voorhand had geweten, was ik niet gestart’
HOOGERHEIDE – Stel je voor: je hebt een topklassieker op de weg, waarbij twee renners van bij de start ontsnappen en er een duo-uitstapje van maken. Dan zegt iedereen: wat een flutkoers. Maar schrijf hetzelfde scenario uit en gebruik het voor het Wereldkampioenschap veldrijden en je hebt een triller om duimen en vingers bij af te likken. Plaats daarbij 50 000 mensen langs de kant en je creëert een heksenketel. De twee protagonisten losten de verwachtingen meer dan in. Van der Poel speelde het slim en vloerde Van Aert in de sprint. Twaalf seconden later zorgde Eli Iserbyt voor nog een bijkomende Belgische medaille.
Iedereen concentreerde zich op het duel tussen de Grote Twee en terecht want wat in de achtergrond gebeurde interesseerde geen mens. Of toch geen enkele neutrale toeschouwer. De winter zit er bijna op, het crosseizoen loopt nog even door maar wat ons de komende weken nog wordt voorgeschoteld verdwijnt in het niets bij wat mogelijk het mooiste sportmoment in maanden was.
Mathieu van der Poel: ‘Ik denk dat iedereen vooraf voor dit scenario had willen tekenen. Dit staat in de top drie van mijn mooiste zeges. Ik had al snel door dat we elkaar van geen vin zouden lossen maar ik merkte zelf niet dat ik de beste man in koers was. Het is trouwens niet altijd de beste renner die wint. Wouter kan altijd verrassend uithalen. Maar ik denk dat ik hem verbaasde door het niet op de balken te proberen maar doordat ik afwachtte. Het is moeilijk om iemand te lossen en ik had gewoon geen zin om de balken daarvoor te gebruiken.’
‘Afgelopen week heb ik met David, mijn broer, geoefend op sprints bergop. Iedereen verwachtte dat ik iets op de balk zou doen, maar ik had van tevoren al besloten om dat juist niet te doen. Dat zou te voorspelbaar zijn. Ik ben er zeker van dat, als ik dat gedaan had, ik nooit voldoende afstand had kunnen nemen om Wout eraf te rijden. Ik dacht dat hij van ver zou gaan maar dat gebeurde niet dus heb ik zelf de spurt maar ingezet.’
‘Natuurlijk volgde een hele ontlading. De voorbije kerstperiode was nog niet echt leuk. Op de stage heb ik, samen met de ploeg, heel hard gewerkt om mijn rug terug in orde te krijgen. Ik was al blij dat ik me vandaag 100 procent voelde. Vooraf heb ik inderdaad gezegd dat tijdens dit crossseizoen dit de enige dag was die telde. Ik ging de laatste ronde in zonder een greintje stress. Dat zorgde er mee voor dat ik deze overwinning kon behalen. Wanneer je ziet hoeveel volk wij hier op de been krijgen, dan mag je dit geen B-sport noemen.’
‘Ik moet Wout danken want samen leveren wij meer dan tien jaar strijd. We brengen elkaar naar een hoger niveau, maar dat is ook ten voordele van de sport. Indien ik of Wouter zonder de andere aan de start was verschenen, dan was het wellicht een wedstrijd geweest waar niks aan te zien was geweest. Wout heeft het me heel moeilijk gemaakt dit seizoen. Ik wist dat ik hier mijn beste dag van het jaar moest hebben. En die had ik.’
Wout Van Aert was danig ontgoocheld na afloop. ‘Ik heb mijn zilveren medaille onmiddellijk afgegeven aan mijn zoon. Die vindt hem wel mooi. Indien ik op voorhand had geweten dat de wedstrijd op deze manier zou uitdraaien, dan was ik beter niet gestart. Maar dat doet niks af aan het feit dat het WK een supersterke winnaar heeft gekregen. Ik moet hem dan ook feliciteren. Het is mooi om ook zelf complimenten te krijgen omdat ik mee de koers heb gemaakt maar daar koop ik niet veel mee. Ik heb eraan gehangen als een vlag. Het eerste halfuur heb ik enorm afgezien om het wiel van Mathieu te houden. Dat zorgde ervoor dat ik de rest van de wedstrijd gedoemd was om als een laffe renner in het wiel te blijven.’
‘Ik had niet verwacht dat ik zoveel last met hem ging krijgen. Ik wil daarmee niet zeggen dat ik de koers had kunnen winnen. Ik voelde me heel goed. Maar Mathieu was dat ook. Laat ons een tijdrit rijden en de rest eindigt op drie minuten want nu hebben we nog veel van onze voorsprong verloren door voortdurend naar elkaar te kijken. Het zal eventjes duren voor ik dit verwerkt heb. Gelukkig heb ik weinig tijd om te treuren. Ik vertrek vrijdag naar Tenerife. Daar is het beter weer, maar ik vond het vandaag ook niet slecht. Ik was blij dat ik geen onderlijfje aan had.’
Nadat de drie medaillewinnaars eerst een tv-interview of tien moesten ondergaan en daarna diverse radiostations met hen wilden praten, dienden ze ook nog de obligatie persconferentie voor de geschreven pers af te werken. Die was er duidelijk te veel aan. Eli Iserbyt zorgde nog voor het leukste antwoord toen hem werd gevraagd of hij het geen eer vond om naast zo’n Grote Twee renners te eindigen. ‘Natuurlijk. Ik ga die foto van het podium boven mijn bed hangen, ik vraag Mathieu en Wout om een handtekening en dan kan ik stoppen met wielrennen.’
VANDEPUTTE ZEVENDE, SWEECK ACHTSTE, ADAMS ELFDE, VANDENBOSCH 23 STE
Niels Vandeputte uit Brecht eindigde als zevende op 59 seconden. ‘Ik ben daar best tevreden mee. Kijk, je moet realistisch zijn. In principe zijn mannen als Van Aert, Iserbyt, Sweeck, Adams en Vanthourenhout beter dan ik. Ik plaats me dan ook onder hen. Maar vandaag moest ik enkel Van Aert, Iserbyt, Vanthourenhout en Kuypers laten voorgaan. Ik werd zevende en daar kan ik dan ook best tevreden mee zijn. Er had trouwens meer ingezeten want de kloof met Gerben bedroeg amper drie seconden. In de voorlaatste ronde heb ik me even wat ingehouden om er dan in de slotronde volop tegenaan te gaan. Misschien had ik dat beter niet gedaan en had ik toen al iets moeten proberen maar dat is niet meteen iets waar ik nu van wakker ga liggen.’
Laurens Sweeck uit Schriek werd achtste in het zog van Vandeputte. ‘Ik kwam moeilijk in de wedstrijd. Ik zag dat het een enorm lange koers zou worden. Ik besefte dat ik die goed zou moeten indelen. Op een bepaald moment reden er een aantal Belgen weg voor de derde plaats en keken ze nogal vrij snel naar elkaar. Het gat werd terug gedicht door Lars. Ik zat toen op de limiet. Op het moment dat wij konden aansluiten viel mijn ketting eraf en brak bij mij de veer.’
‘Dit was een cross met een dubbel gevoel: langs de ene kant zit je af te zien maar langs de andere kant was het toch ook een beetje genieten omdat er enorm veel volk op de been was. Dankzij de Mixed Relay ga ik met een medaille naar huis. Dat verzacht de pijn een beetje. Ik sluit mijn seizoen graag mooi af. Dat betekent dat ik de volgende drie weken nog wel mijn best ga doen. Ik kom dan wel niet meer in aanmerking voor een klassement maar een overwinning is een overwinning.’
Jens Adams uit Rijkevorsel finishte net naast de top tien op 1’33”. ‘Ik was niet echt goed vandaag dus moet ik tevreden zijn met dit resultaat. Tien dagen geleden kreeg ik mijn sokken nog niet aan. Zelfs nu nog had ik enorm veel pijn. Ik was daar eerder mee bezig dan met de wedstrijd. Ik heb geen echte voorbereiding gehad. Ik heb wat op de weg gefietst voor zover dat kon. Veldrijden is een eerlijke sport. De eerste die over de meet rijdt heeft dan ook verdiend gewonnen. Ik hoor vertellen dat het heel spannend was. Dat is dan heel mooi meegenomen voor het publiek.’
‘Voor die massa rijden was op zich plezant. Het gevoel viel nog mee omdat de toeschouwers op een afstand moesten staan. Ik vind het eigenlijk iets leuker indien ze wat dichter staan. Maar voor de veiligheid, zeker vandaag, was dit wel een juiste beslissing. Alles was perfect georganiseerd, maar buiten deze race zagen we niet echt spannende wedstrijden.’
Toon Vandebosch uit Westmalle moest tevreden zijn met de 23ste plaats op 2’22”. ‘Ik was in orde maar het parcours lag me helemaal niet. Ik had gehoopt op heel veel regen maar nu verliep de cross veel te snel voor mij. Wringen doe ik niet graag. Misschien ben ik niet goed genoeg voor deze omloop. Ik geraakte wel goed weg maar men passeerde me de eerste ronde zonder dat ik echt moeite deed om ze terug in te halen. Ik hing telkens aan de rekker en dan wist ik hoe laat het was. Ik heb er het maximale proberen uit te halen. Ik hoopte op meer maar ondanks de slechte prestatie heb ik van deze cross genoten.’
‘Dit is toch iets dat je één keer in je carrière moet meegemaakt hebben. Er wint dan wel geen landgenoot maar wel een ploegmaat. De mensen van Roodhooft zijn diegene die mij een heel jaar betalen. Ik ben heel blij voor Mathieu maar ik had het Wout ook wel gegund. Ik heb een hele week met hem opgetrokken en die jongen heeft me echt op een positieve manier verrast. Hij is een zeer aangename kerel.’
PAUL HERYGERS: ‘HIER KUNNEN WE NIET TEVREDEN MEE ZIJN’
Het slotwoord geven we aan Paul Herygers uit Geel, strijder van vele veldritoorlogen. Hij was niet meteen tevreden met de Belgische prestaties op dit WK. ‘Ik denk niet dat Sven Vanthourenhout hardop gaat zeggen dat het beter kon maar ik hoop dat er binnenskamers eens over gepraat wordt. Ik kan niet bijhouden hoeveel medailles de Nederlanders hebben behaald en dan heb ik het nog alleen maar over de gouden. Terwijl wij als België toch een wielerland zijn.’
In feite valt op deze manier het doek over het crossseizoen. De volgende drie weken wordt nog wel in het veld gestreden maar de Grote Twee ontbreken. Woensdag rijdt men in Maldegem, zaterdag in Middelkerke en zondag in Lille. Van der Poel en Van Aert concentreren zich nu op het wegseizoen waar ze elkaar voor het eerst zullen ontmoeten in de Strade Bianche en nadien in Milaan-Sanremo.
Het WK in Hoogerheide was een voltreffer. Een massa toeschouwers en een apotheose om duimen en vingers bij af te likken. Volgend jaar trekt men naar het Tsjechische Tabor. Dat is ook een veldritstad maar het laat zich raden dat het daar, bij min tien, iets minder aangenaam vertoeven zal zijn. Het aantal toeschouwers zal gedecimeerd worden en de kans dat Mathieu en Wout eraan zullen deelnemen is verwaarloosbaar klein. Uitkijken naar het WK van 2025 in Hulst dan maar.
Edwin MARIËN