Touwtrekkers behalen brons, winst voor Merckx, Gillis en korfballers
MORTSEL – Vandaag waren alle ogen gericht op de Belgische touwtrekkers op de Wereldspelen in Birmingham. Ze slaagden erin om een bronzen medaille in de wacht te slepen. Het programma was hectisch: om 13u46 plaatselijke tijd (20u46 uur in België) een plaatsingswedstrijd tegen Italië (1-1), geen tien minuten later tegen Groot-Brittannië. (0-3) Na een halfuurtje rust volgde de confrontatie met Duitsland (1-1) en even later met Nederland (1-0) en topfavoriet Zwitserland (0-3) Vervolgens stonden de halve finales, de plaatsingswedstrijden en de strijd om de medailles geprogrammeerd.
Doordat België won van Nederland ging het door naar de halve finales. Daar troffen ze opnieuw Zwitserland. Dit keer verloren ze met 0-2 en mocht er tegen Duitsland getrokken worden voor het brons. Ook hier werd het 2-0 maar dan voor onze landgenoten. Op de vorige Wereldspelen, in Wroclaw, werden ze nog vierde.
Het Belgische team bestond uit Wim Broeckx (89,9 kilogram uit Hoogstraten), Wim De Schutter (76,5 uit Retie), Jan Hendrickx (80,8 uit Dessel), Raf Mertens (78,5 uit Hoogstraten), Luc Mertens (79,9 uit Hoogstraten), Wouter Raeymaekers (75,5 uit Mol), Johny Schuermans (77,6 uit Merksplas) en Joris Vermeiren (76,7 uit Wuustwezel). Samen goed voor 635,6 kilogram. Het totaal toegelaten gewicht is 640 kilogram per team.
De eerste Belgische sporter die vandaag in actie kwam was biljarter Eddy Merckx (UMB 5) uit Aartselaar, maar die jarenlang in Schelle heeft gewoond. Tijdens de vorige Wereldspelen behaalde hij zilver. In de eerste ronde trok hij met de Kroaat Erik Telesch (UMB 25) een haalbare kaart. Hij won met 40-16. Morgen wacht de Spanjaard Danny Sanchez in de kwartfinales. Nadien mogelijk halve finale tegen Dick Jaspers of Torbjörn Blomdahl. In de finale kan hij dan tegenover Marco Zanetti komen.
Ook voor Tinne Gilis uit Geel werd het een walkover in het squash. Het nummer dertien in de wereld was vrijgesteld voor de eerste ronde en versloeg vanavond de Canadese Niki Todd, het nummer 92 met 2-0.
In het korfbal stevenen we uiteraard af op een finale tussen België en Nederland. Vandaag won ons nationaal team met 27-11 tegen China.
De Belgen domineerden ook hun tweede partij op de World Games en liepen in het eerste kwart al 7-3 uit. Door het verschil in gestalte konden de Belgen veel hernemen en kwamen aan dubbel zoveel aanvallende pogingen als de Chinezen (120 tegenover 60). Rust: 17-5 met onder meer een buzzer jumpshot van Brent Struyf, goed voor de 15-5. Na de onderbreking voerden de bondscoaches Elewaut en Schot enkele wissels door.
Diamond Kian Amorgaste was de hele wedstrijd een gesel voor de Chinezen. Hij plukte heel wat rebounds weg, strooide met assists en maakte dan nog eens zelf acht korven zodat hij topschutter van de wedstrijd werd.
België speelde met Aanval: Jordan de Vogelaere (Loenhout), Brent Struyf (Kalmthout/ 3), Lauren Denis (2), Amber Engels (Putte / 4; Verdediging: Lennert Impens (3), Kian Amorgaste (Wommelgem / 8) – Saar Seys (3), Lisa Pauwels (Antwerpen). Vielen in: Stien Reyntjens (Rijkevorsel / 2) – Cédric Schoumacker (Hoevenen /), Lars Courtens, Jari Hardies (Borsbeek), Julie Caluwé (Kontich) en Shiara Driesen (Hoboken).
De Wereldspelen begonnen met een resem medailles voor onze landgenoten (lees: Bart Swings) maar ze zouden ook zo weleens kunnen eindigen Morgen kijken we uit naar Helena Heijens (16, zie foto) uit Brasschaat die een koppel vormt met Bram Röttger uit Boom in het paarturnen.
Heijens: ‘Ik ben al als kleuter met turnen begonnen. Op mijn achtste heb ik mijn eerste wedstrijden betwist. Dit is mijn vier jaar topsport. In maart ben ik vier keer wereldkampioen geworden en nadien werd ik eerste op een Worldcup in Portugal. Gelukkig is alles goed geregeld in de Topsportschool in Gent en beschik ik voor de rest over een aantal prima coaches. Ik hoop hier minstens op een medaille. De zwaarste concurrentie zal komen van Duitsland en Portugal. Er is al een paar maal over gesproken om van acrobatische gymnastiek een Olympische sport te maken maar ik denk niet dat dit er direct zit aan te komen. ‘
‘Het turnen zat in mijn familie. Mijn zus en mijn nicht hebben het ook gedaan. Mijn zus is echter moeten stoppen nadat ze een ski-ongeval heeft gehad. De gemiddelde leeftijd van de ‘bovenman’ is rond de zestien jaar. Mijn leeftijd dus. Nadien word je te groot of te zwaar dus dan zijn er twee opties: doorgaan als onderman of stoppen. Op een onderman staat niet echt een leeftijd op maar de meeste stoppen wanneer ze beginnen studeren. Morgen beginnen we met zes teams. Daarvan mogen er vier naar finale.’
Edwin MARIËN
