Lokaal bestuur Beerse gaat aan de slag met vijf projecten van jongeren
BEERSE – Onder het motto ‘Laat van je horen’ werden jongeren van Beerse in het voorjaar opgeroepen om een enquête in te vullen. Twintig procent van de twaalf- tot 25-jarigen deed dat. Bedoeling was om een leidraad te hebben om het jeugdbeleid vorm te geven.
Stefan Poortmans (BEERSEplus), schepen voor jeugd: ‘Jaarlijks zal er 40 000 euro gespendeerd worden aan projecten voor én door jongeren. Dat geeft kinderen en jongeren de vrijheid om écht zelf voorstellen te doen, zonder input van volwassenen. Er wordt bewust geen thema opgelegd. Daarnaast worden de jongeren voldoende gecoacht bij hun project, van ontwerp tot uitvoering. Die coaching is op maat van hun noden en gebeurt door jongerencoach Lies voor de leden van kinderraad ‘De Kidsclub’ en door jongerencoach Geert voor jongeren vanaf twaalf jaar. Op die manier wordt beleidsparticipatie voor kinderen en jongeren echt in de organisatie geïmplementeerd. Deze manier van werken is uniek in Vlaanderen.’ Vanmiddag konden de jongeren hun project voorstellen. Een jury, samengesteld uit drie leden van de jeugdraad en drie leden van het schepencollege (Poortmans, Staf Willemsens -, CDE.Vlim.be en Hans Woestenborghs BEERSEplus) boog zich over vijf voorstellen. Jongerencoach Lies bezocht alle lagere scholen in Beerse en Vlimmeren en ging met de kinderen van het vierde tot zesde leerjaar aan de slag onder het thema ‘Beerse, 100% buitenspeeldorp’. Uiteindelijk werd een Kidsclub samengesteld, bestaande uit vijftien kinderen, iets wat men in de meeste andere gemeenten een kinderraad noemt.
Zij stelde twee projecten voor. Eerst was er een project om de fietsveiligheid te vergroten door fietspaden duidelijker te markeren en ze te laten opvallen door ze te beschilderen met opvallende tekeningen. De kinderen zouden ze aanleggen op de wegen die leiden naar enkele speelpleinen in Beerse en Vlimmeren. Het project zou een 7 000 euro kosten. Daarbij zou men ook spaakreflectoren op fietsen aanbrengen met hetzelfde doel. Als tweede projectvoorstel bedachten ze een creatieve manier om minder zwerfvuil op de speelpleintjes te hebben, door op een aantal plaatsen de vuilnisbakken te pimpen. Het idee deden ze op in Mol. De kinderen zouden de actie willen laten plaatsvinden in het voorjaar. Hier kleeft een prijsticketje aan van 5 000 euro. Toen de jury aan de kinderen vroeg welk van de twee voorstellen hun voorkeur had was iedereen het over eens: de vuilnisbakken. Cédric Roovers stelt voor om een calisthenics park op te richten, een vorm van krachttraining. De oefeningen worden met minimaal gebruik van apparatuur uitgevoerd. Er wordt met name gebruik gemaakt van het eigen lichaamsgewicht. In calisthenicsparken is apparatuur te vinden zoals pull up bars, monkey bars en parallel bars. Er zijn al dergelijke parken in Turnhout, Malle en Geel maar vooral in Nederland. Het kan al vanaf 6 550 euro. Tess Megens en Hanne Schenck willen met jonge kinderen aan de slag rond diversiteit. Door kleurpotloden in verschillende tinten huidskleur te verdelen onder kinderen en via een aantal spelletjes hopen ze zo het gesprek op gang te krijgen. De jury had wel een aantal bedenkingen bij het project dat 5 314 euro zou kosten en gericht is naar de 450 leerlingen uit het eerste en tweede leerjaar. Er zal worden gekeken of dit wel de juiste doelgroep is. Tenslotte stelde Amber Michiels – weliswaar op papier – het musicalproject ‘Op de Groei’ voor, waarbij kinderen en jongeren hun eerste stappen in de culturele wereld kunnen zetten. De musical zou plaatsvinden op de Eksterheide. Thema’s van de voorstelling zijn onder meer opgroeien, generaties, liefde en mentale gezondheid. Dit project zou 10 000 euro kosten.
Edwin MARIËN