Heistse Pijl voor Nederlander Olav Koij, Lierenaar Mauro Verwilt pakt puntenklassement

HEIST-OP-DEN-BERG – De Nederlander Olav Koij heeft de Heistse Pijl gewonnen na een spurt, waaraan een tumultueuze voorbereiding voorafging. Koij was vertrokken als favoriet namens Jumbo-Visma en werd door zijn ploegmaats uitstekend naar de overwinning geloodst. Hij bleef Jordi Meeus en Robbe Ghys voor. Mauro Verwilt werd 122ste op 2’39” maar was misschien wel de ijverigste renner in de koers en pakte de trofee Michel Goolaerts, als winnaar van de tussensprinten.
De voornaamste hindernis op het parcours was uiteraard de Heistse Berg, 500 meter bergop aan een gemiddelde van 5,8 procent. Na vijftien kilometer , in Lichtaaart, kwam de vroege vlucht op gang. Zes renners gingen ervandoor waaronder Daan Mariën uit Balen en Mauro Verwilt uit Lier. Ze fietsten maximaal vijf minuten bij elkaar. In het peloton werd de forcing voortdurend gevoerd door de Jumbo-renners. Op 40 kilometer voor het einde reden ze nog met zijn vieren voorin, waaronder nog steeds Mariën en Verwilt. Nog voor het einde van de laatste plaatselijke ronde moesten ook zij eraan geloven.
Verwilt is de voorbije weken bijzonder goed in vorm en pakte de trofee Michel Goolaerts, een eerbetoon aan de renner die in 2018 verongelukte tijdens Parijs-Roubaix. De winnaar van het bijhorend schilderij is diegene die het vaakst bij de eerste drie voorkomt op de top van Heistse Berg.
Verwilt: ‘Van bij het begin werd er hard geknokt om voorin te geraken. We reden met zijn zessen op kop. Het draaide voortdurend goed rond. Vanaf dan mikte ik op de prijs. Ik kende Goolaerts niet persoonlijk maar iedereen herinnert zich uiteraard die fatale valpartij. Dat was choquerend. Ik vind het wel mooi dat ik die trofee kan pakken. Dat schilderij krijgt een plaatsje in mijn kamer.’
‘We hadden niet meteen afspraken gemaakt. Bij Tarteletto moeten wij er altijd voor zorgen dat er iemand mee is in de vroege vlucht. En in de sprint zouden we de kaart Timothy (Dupont) trekken. Vanaf het begin ging het er vlug aan toe in de koers. Op een brug heb ik eens goed doorgetrokken. Lasse Norman Leth pakte meteen vol over. We reden op onze limiet maar zijn uiteindelijk dan toch weggeraakt.’
‘Ik dacht er wel degelijk aan om de tv-uitzending te halen. Die begon om vier uur, wat ik tamelijk laat vond, maar toch is het gelukt. Daar ben ik blij om. Dit is een sprinterskoers. Dan weet je dat het moeilijk is om weg te rijden. De enige mogelijkheid om je dan in de schijnwerpers te rijden is de vroege vlucht. De koers was – de neutralisatie inbegrepen – 206 kilometer. Dat is behoorlijk lang maar ik heb dat al meerdere keren gedaan dit jaar. Ik begin er stilaan in te komen. Ik voel wel dat ik soms een dipje heb in de wedstrijd maar uiteindelijk slaag ik er telkens in om dat te herstellen. Op het einde doen de benen sowieso pijn.’
‘Ik heb de goede vorm te pakken. Vorig weekend heb ik naar behoren gepresteerd in de Tour de la Maribelle, een korte rittenwedstrijd. Dat is afzien. Je moet drie dagen voluit koersen. Dat is wat anders dan drie dagen trainen. Vandaag stonden er heel wat supporters langs de weg. In de eerste plaats was mijn familie er. Ik wist waar die ergens zouden postvatten. Maar af en toe reden we langs café’s en dan hoorde ik ‘Mauro’ of ‘Mario’ roepen. Ik heb er geen idee van wie dat was maar vond het wel geestig.’
‘Ik weet nog niet echt hoe mijn programma er de volgende weken zal uitzien. Hier staat de baas (Peter Bauwens, EM). Je moet het aan hem vragen.’ Bauwens: ‘Hij rijdt in ieder geval volgende week zaterdag Dwars door Hageland. Nadien zien we wel. In de Elfstedenronde één dag later start hij zeker niet.’ Verwilt: ‘Morgen ga ik alvast het parcours verkennen. Ik vind het leuk om me op deze manier in de kijker te rijden. Na dit seizoen zou ik mijn diploma moeten behaald hebben als leerkracht lichamelijke opvoeding.’
Edwin MARIËN