Antwerpen en Turnhout gaan ondermijnende criminaliteit ‘slim’ aanpakken
ANTWERPEN – Vlaanderen neemt het voortouw om de strijd tegen ondermijnende criminaliteit op een slimme manier op te drijven. Zuhal Demir (N-VA, zie foto), Vlaams minister van Justitie en Handhaving , stelt gedurende een jaar in Antwerpen en Turnhout een data gedreven instrument ter beschikking waarmee malafide ondernemingen opgespoord kunnen worden. Graydon, een handelsinformatiekantoor gespecialiseerd in het verzamelen van bedrijfsinformatie, werkte een criminaliteitsplatform uit gevoed door bedrijfsdata. Door alle beschikbare financiële en economische gegevens van bedrijven door te lichten, komen fraudegevoelige ondernemingen sneller aan het licht.
Demir: ‘De illegale economie is in bepaalde gebieden groter dan de legale. Denk maar aan een aantal grootsteden of grenssteden. Heel wat lokale ondernemingen, zoals kapperszaken, restaurants, carwashes, shishabars, viswinkels… worden gebruikt voor witwassen en drugscriminaliteit of ze worden gefinancierd met criminele inkomsten.’ In normale omstandigheden vergt het de politie of het stadsbestuur heel wat maanden speur- en onderzoekswerk om na te gaan of het bij een lokale zaak, die een bepaalde vergunning aanvraagt, effectief om een illegale dekmantel gaat. Daar moet het criminaliteitsplatform van Graydon verandering in brengen.
‘Concreet wordt er op basis van openbronnen over bedrijfsinformatie (zoals de gegevensbanken van KBO, Nationale Bank, Belgisch Staatsblad en uitspraken van de handelsrechtbank) data-analyses gemaakt omtrent economische en financiële posities van ondernemingen die in interactie gaan met lokale overheid. Zo kan Graydon zeggen of een bedrijf kredietwaardig en economisch betrouwbaar is. De uitdaging is om dergelijke openbare informatie ook tegenover een criminologische inzicht af te zetten. Daarom zitten ook de kenmerken van een malafide onderneming in het systeem. Door er een algoritme op los te laten, geeft het platform een overzicht van mogelijke malafide bedrijven. De politie en de stad kunnen niet alleen een individueel bedrijf laten doorlichten, maar ook alle bedrijven in een bepaalde wijk of handelsactiviteit. Bovendien zouden de testgebieden ook aandacht moeten hebben voor verschuivingsgedrag van deze malafide ondernemingen.
Demir: ‘Heel veel steden en gemeenten hebben al een stevig bestuurlijk handhavingsbeleid opgebouwd om de ondermijnende criminaliteit op hun grondgebied, via hun vergunningsbeleid, aan te pakken. Maar daar kruipen vooral tijd en menselijke capaciteit in. Iets wat ze niet altijd hebben. Ik wil hen nu meer slagkracht geven met dit screeningsinstrument in de strijd tegen de georganiseerde misdaad. Gaan dergelijke bedrijven naar andere gemeenten om daar opnieuw te proberen een vergunning aan te vragen of blijven ze ter plaatse maar richten ze zich op een andere economisch sector (van nachtwinkel naar carwash).’
Naast Antwerpen en Turnhout wordt het systeem ook uitgetest in Genk, de Westkust, Vilvoorde, Aalst, Sint-Niklaas, Kortrijk, Sint-Pieters-Leeuw en Maaseik, maar ook bij de milieu-inspectie. Demir: ‘Ik kan niet meer op één hand tellen met hoeveel frauduleuze ondernemingen de milieu inspectie te maken krijgt: van mestfraude tot drugsafval… Op die manier gaan we die malafide bedrijven veel sneller kunnen opsporen en de gepaste maatregelen kunnen nemen tot sluiting.’ (EM)