Aantal kinderen met complexe longontstekingen verviervoudigd in Antwerpen
ANTWERPEN – Het aantal complexe longontstekingen bij kinderen stijgt de laatste jaren opmerkelijk. Dat merken de kinderchirurgen van de Antwerpse ziekenhuizen ZNA en GZA.
Het gaat onder meer om infecties veroorzaakt door de pusvormende streptokok (‘pus’ is etter), ook bekend als vleesetende bacterie. 2022 telde tot nu toe meer dan half zoveel gevallen als de periode 2010 – 2021. Dat de bacterie steeds meer longontstekingen veroorzaakt en niet de pneumokok, kan leiden tot een langere en complexere behandeling. Jaarlijks heeft één op de 25 kinderen jonger dan vijf jaar een longontsteking. Het onderzoek van de ZNA en GZA bevestigt een studie van de Wereldgezondheidsorganisatie in andere Europese landen. Daaruit bleek een toename van invasieve streptokokkeninfecties bij kinderen onder de tien jaar. Het gaat om infecties die tot bloedvergiftiging, ernstige longinfectie of huid- en botinfecties leiden. Tot nu toe behandelden de kinderchirurgen van ZNA en GZA Ziekenhuizen in 2022 21 kinderen met een complexe longontsteking. In 2018 waren dat er vijf, in 2019 tien. Deze evolutie werd afgeremd door de COVID-maatregelen in 2020 en 2021. De COVID-jaren waren goed voor respectievelijk vier en vijf gevallen.
De vorige piek van longontstekingen met pusophoping in het longvlies was in 2010. Dat jaar klokte bij ZNA en GZA Ziekenhuizen af met 21 gevallen. De uitbreiding van het vaccin tegen pneumokokken in 2011 zorgde voor een keerpunt. Sindsdien daalde het aantal longontstekingen waarvoor een kijkoperatie noodzakelijk was tot gemiddeld minder dan zeven per jaar. Bij 65 van de 165 longontstekingen leidde de pneumokok tot de ontsteking. De pusvormende streptokok is aan een opmars bezig. Op de onderzochte 21 jaar is ze goed voor zeventien longontstekingen. Van 2002 tot en met 2009 lag deze bacterie geen enkele keer aan de basis. Van 2010 tot en met 2021 gebeurde dit elf keer. 2022 is nu al goed voor zes zulke gevallen. Op minder dan een jaar is dat al meer dan de helft van de voorbije tien jaar.
Dr. Dirk Vervloessem uit Duffel, kinderarts bij ZNA: ‘Al van voor de COVID-pandemie zagen we een toename van ernstige longinfecties bij kinderen waarbij we een kijkoperatie deden. We hadden al langer het gevoel dat het aantal longinfecties met etter in het longvlies steeg en dat er een toename was van het aantal gevallen veroorzaakt door de pusvormende streptokok. Deze bacterie maakt eiwitten aan die weefsel kunnen beschadigen en een shock kunnen veroorzaken. Dat is een levensbedreigende situatie met onvoldoende doorbloeding en dus zuurstofvoorziening van het hart, de hersenen en andere organen.’ Om dit te onderzoeken, hebben dr. Paul Leyman uit Aartselaar, kinderchirurg bij ZNA, dr. Stijn Heyman en ik alle 165 kijkoperaties van de voorbije 21 jaar bij kinderen van gemiddeld vier jaar met een longontsteking bestudeerd.’
Dr. Stijn Heyman, kinderchirurg bij ZNA: ‘Kinderen met een complexe longinfectie veroorzaakt door de pusvormende streptokok blijven langer ziek. Er is een forse toename van het aantal ernstige longontstekingen waarbij een behandeling met een kijkoperatie nodig was. Dit jaar zijn het er 21. Dat is evenveel als in de periode 2013-2017. Daarnaast is er een verschuiving van de bacterie die ze veroorzaakt. We hebben de indruk dat de pusvormende streptokok zorgt voor een langer en complexer ziekteverloop, met een langere antibioticakuur rondom de kijkoperatie.’ De opnameduur was vergelijkbaar. (EM / Foto ZNA)