500 medewerkers uit Mol, Balen en Dessel tellen af naar muziektheater Amira
MOL – De makers van het muziektheater ‘Amira’ schakelen een versnelling hoger nu de première van vrijdag 22 april in zicht komt. Achter de schermen van de academies, KSOM-scholen, Pionier en gemeente zijn de repetities en voorbereidingen in volle gang. In deze productie word je als bezoeker omgetoverd in de magie van Duizend-en-één-nacht. Vanmiddag woonden we een deel van de repetitie bij.
Amira is een muziektheater van de Academie voor Muziek en Woord, gebracht door leerlingen en leerkrachten, afkomstig uit Mol, Balen en Dessel, in samenwerking met de Academie voor Beeldende Kunsten, Cultuurcentrum ’t Getouw en de KSOM-scholen Sint-Lutgardis (waarvan de leerlingen onder meer zorgen voor de haartooi) en Sint-Paulus (die het houtwerk waaronder een vliegend tapijt ontwierpen). Hoofdrolspelers zijn Osker Berben als Turfat, Kayla Wagemans als Zubaba, Wouter Ravenschot als Rajah, Jozefien Pasteur als Amira en Stan Pasteur als Kasul. Schrijver, regisseur en duivel-doet-al is Annemie Schildermans, in samenwerking met Lies Bruyninckx.
Kasul: ‘De hoofdrolspelers hebben in oktober 2018 meegespeeld in een musical, Klein Duimpje en we vonden dat zo plezant dat we nu opnieuw meedoen.’ Schildermans: ‘Dat is eerder toeval. Alles begint vanuit onze Academie. Wij organiseren dit en hebben aan onze leerlingen gevraagd wie er zin had om mee te doen aan de auditie. Voor dit stuk hebben we 63 acteurs, een 50-tal koorleden, een orkest met 40 muzikanten en achttien straatacteurs. Als we de zangers en de muzikanten, plus de helpers, daar nog eens bij optellen dan komen we bij een 500-tal mensen uit.’
Zubaba (de dochter van Annemie Schildermans): ‘De audities vonden plaats in september en begin oktober waren de eerste repetities. We zitten op schema maar er moeten nog wat puntjes op de i worden gezet.’ Kasul: ‘Ik vind dat we de afgelopen dagen enorm gegroeid zijn.’ Amira: ‘De repetities nemen heel veel tijd in beslag maar dat hoort erbij.’ Turfat: ‘Ik vind dat niet erg want je werkt samen aan iets waar je zolang naar uitkijkt. Het fijne is dat we dat vroeger nog al eens hebben we gedaan en nu met dezelfde groep opnieuw samen komen. Dat maakt het speciaal, noem het een soort reünie. ‘
Rajah: ‘Ik zou graag na dit nog verder willen gaan. Dat hoeft niet iets groots te zijn al zou dat wel leuk zijn. Ik vind het aangenaam om je er eens goed voor iets te kunnen smijten en in een groep te zitten waarvan je niet alleen zegt: het zijn mede-acteurs, maar ook kameraden en vrienden. Wanneer we eens een dood momentje hebben zitten we niet allemaal rustig op een stoel maar wij spelen en lachen met elkaar.’ Zubaba: ‘Binnen twee jaar ben ik afgestudeerd en ik zou wel degelijk in deze richting willen verder gaan, eventueel in een toneelkring. Naarmate de première dichterbij komt, voel ik wel meer stress. De vorige keer moest ik niet echt iets zeggen. Nu heb ik een grotere rol. Sommige scènes lijken op elkaar en ik betrap me erop dat ik in bed teksten hardop opzeg wat eigenlijk niet goed is want dan moet je slapen.’ Buiten het toneelstuk kan je ook naar een Oosterse markt naast de schouwburg, een totaalspektakel met straatartiesten, proevertjes, workshops en een tentoonstelling. Die markt begint telkens anderhalf uur voor de voorstelling. Tickets bestellen voor vrijdag 22, zaterdag 23 en zondag 24 april kan via www.getouw.be
Edwin MARIËN
.
